Hoe herken ik een paniekaanval?
Over paniekaanvallen is al best wat geschreven. De meeste artikelen beginnen met iets in de trant van; “Angst is heel normaal, angst hoort erbij. Alleen in sommige gevallen is de angst niet reëel… enz.”
Maar goed, ondanks dat dit dan zo is weet je vaak nog niet of dat jij last hebt, of last hebt gehad van een paniekaanval. Bovendien kan een aanval zo overweldigend zijn, dat je eerder gaat denken dat het wel iets vreselijks moet zijn. Sommige symptomen lijken op een hartaanval bijvoorbeeld, maar dat is het absoluut niet. Er is namelijk nog nooit iemand dood gegaan van een paniekaanval. Dat zou toch een geruststellende gedachte kunnen zijn.
Tijdens een paniekaanval kan het lijken alsof je gedachten door elkaar heen lopen. Je voelt waarschijnlijk meerdere dingen tegelijk en je gedachten gaan alle kanten op, behalve de meer geruststellende gedachten. Dit draagt dan weer bij aan het gevoel van “overprikkeling” en de paniek neemt toe.
Maar wat als we kijken naar de wetenschappelijke bevindingen van een paniekaanval?
Onderstaande symptomen geven een duidelijk beeld van wat een paniekstoornis of paniekaanval inhoudt.
Er is sprake van terugkerende onverwachte paniekaanvallen, dat wil zeggen; een plotselinge hevige angst die gepaard gaat met ten minste vier van de volgende verschijnselen:
- hartkloppingen of verhoogde hartslag
- transpireren
- trillen of beven
- het gevoel te stikken
- naar adem te moeten happen
- pijn of onaangenaam gevoel in de borststreek
- misselijkheid of pijn in de buik
- duizeligheid
- het gevoel los te staan van jezelf (depersonalisatie)
- gevoel van onwerkelijkheid (derealisatie)
- angst om gek te worden of de controle te verliezen
- angst om dood te gaan
- tintelingen
- opvliegers of koude rillingen
Vervolgens is het goed om te weten dat er na ten minste 1 aanval gedurende een maand of langer sprake is van een van de volgende verschijnselen:
- aanhoudende angst om opnieuw een aanval te krijgen
- ongerustheid over de gevolgen van een nieuwe aanval
- gedragsveranderingen in samenhang met de aanvallen (vermijdingsdrang bijvoorbeeld)
Vaak is er ook sprake van agorafobie (straat- of pleinvrees):
- De persoon is dan bang om op plaatsen of in situaties te zijn waaruit ontsnappen moeilijk of gênant zou zijn.
- De plaatsen waar een mogelijke paniekaanval zou kunnen plaatsvinden worden vermeden of voelt zich zeer onbehaaglijk of angstig als hij zich er toch in begeeft.
Nu je dit gelezen hebt, weet ook jij wat de symptomen van een paniekaanval zijn en hoe je dit kunt herkennen. Niet alleen bij jezelf maar ook eventueel bij een ander. Het maakt je alleen nog geen dokter of een therapeut. Herkennen is al een hele stap, maar voor hulp ga je naar je huisarts of bezoek je een therapeut. Hoe eerder je kunt ‘ingrijpen’ hoe kleiner de kans dat het een compleet eigen leven gaat leiden.